Migranten in Curaçao, Census 2023
Een onderzoek naar de demografische en sociaaleconomische kenmerken van migranten in 2011 en 2023
Dit rapport analyseert de censusdata 2023 van Curaçao, met nadruk op de demografische en sociaaleconomische kenmerken van de tien grootste migrantengroepen (eerste generatie). De resultaten zijn vergeleken met de census van 2011 om ontwikkelingen zichtbaar te maken.
This report analyzes the 2023 census data of Curaçao, focusing on the demographic and socio-economic characteristics of the ten largest migrant groups (first generation). The results are compared with the 2011 census to highlight developments over time.

In 2023 telde Curaçao 155.826 inwoners, waarvan 75,4% in Curaçao geboren is. Migranten vormen 24,6% van de bevolking, een lichte stijging ten opzichte van 2011 (24,2%). De grootste migrantengroepen komen uit Nederland, Colombia en de Dominicaanse Republiek. Het aandeel Colombianen groeide ten opzichte van 2011, terwijl Venezolanen eveneens sterk toenamen. Migranten uit Suriname, Aruba, BES-eilanden en Portugal namen juist af.
Qua nationaliteit is de Nederlandse de grootste categorie, gevolgd door de Colombiaanse en Dominicaanse. Migranten uit Suriname en Portugal hebben relatief vaak de Nederlandse nationaliteit, terwijl Jamaicanen en Haïtianen meestal hun geboorteland nationaliteit behouden


Migranten uit de BES-eilanden, Aruba en Portugal nemen in 2023 het meest deel aan de arbeidsmarkt. Werkloosheid is het hoogst bij de Dominicaanse Republiek, Venezuela en Haïti. Vergeleken met 2011 zijn de verhoudingen met betrekking tot werkloosheid grotendeels gelijk gebleven. Ten opzichte van 2011 verschoven meer mensen – zowel in Curaçao als in migrantengroepen – naar hogere inkomenscategorieën. De relatie tussen opleiding en inkomen verschilt sterk per herkomstgroep. Nederlandse migranten worden het meest beloond naar opleidingsniveau, terwijl Caribische en Latijns-Amerikaanse migranten, zoals Venezolanen en Dominicanen, vaak in een lagere inkomenscategorie vallen ondanks een hoog opleidingsniveau. Dit wijst op beperkte erkenning van buitenlandse diploma’s.
